You dont have javascript enabled! Please enable it!

Natuurkunde m.b.t. airconditioning

Onderwerpen:

  • Aggregatietoestanden

Aggregatietoestanden:
Aggregatietoestanden, zoals vast, vloeibaar en gasvormig, zijn manieren waarop stoffen zich gedragen onder verschillende omstandigheden. Dit geldt niet alleen in de wetenschap, maar heeft ook een belangrijke rol in alledaagse toepassingen, zoals auto-airconditioning. In dit verhaal gaan we dieper in op wat deze toestanden betekenen, vooral in relatie tot auto-airconditioning. We nemen het koudemiddel R134a als voorbeeld om het duidelijker te maken.

Stoffen kunnen in verschillende toestanden voorkomen: vast, vloeibaar en gasvormig. Dit hangt af van hoe warm of koud het is en hoeveel druk er is. Als de temperatuur laag is, is de stof meestal vast, zoals ijs. Bij hogere temperaturen wordt het vloeibaar, zoals water, en bij nog hogere temperaturen verandert het in gas, bijvoorbeeld waterdamp. Dit veranderen van toestand noemen we faseovergangen.

Bij auto-airconditioning is begrip van faseovergangen erg belangrijk. Het koudemiddel, zoals R134a, is hierbij cruciaal. Het koudemiddel verandert voortdurend van vloeibaar naar gas en weer terug. Tijdens het verdampen neemt het koudemiddel warmte op en verandert het in gas. Daarna wordt het samengedrukt, waardoor het teruggaat naar vloeistof en warmte afgeeft. Deze herhaalde cyclus zorgt ervoor dat de temperatuur binnen de auto goed wordt geregeld.

  • Condensatie: Condensatie is het proces waarbij een gas overgaat naar de vloeibare fase wanneer het wordt afgekoeld. In een auto-airconditioningsysteem is dit een cruciale stap om warmte uit het interieur van de auto te verwijderen en een verkoelend effect te creëren. Wanneer het koelmiddel, meestal het koudemiddel R134a of R1234YF, door de verdamper stroomt, neemt het warmte op uit de omgevingslucht in de auto. Dit warmteabsorptieproces koelt de lucht in het interieur af. Omdat het koelmiddel op dit punt wordt blootgesteld aan relatief warme lucht, verdampt het en gaat het over in de gasvormige fase. Dit gas wordt vervolgens door de compressor aangezogen. In de compressor wordt het gasvormige koelmiddel samengedrukt, waardoor het onder hoge druk komt te staan en aanzienlijk in temperatuur stijgt. Deze hete, samengeperste gasfase van het koelmiddel verlaat de compressor en stroomt door de condensor.

  • Oververhitting: Oververhitting treedt op wanneer er te weinig vloeibaar koelmiddel aanwezig is in het systeem en het gas dat door de compressor wordt gecomprimeerd, warmer wordt dan normaal. Dit kan verschillende negatieve effecten hebben op het functioneren van het airconditioningsysteem en het comfort van de passagiers. Als er onvoldoende vloeistof is om de warmte die wordt gegenereerd door de compressor af te voeren, kan het gas dat door de compressor wordt geperst, een ongewenst hoge temperatuur bereiken. Dit kan leiden tot een verminderde koelcapaciteit en zelfs tot beschadiging van de  compressor en andere componenten in het systeem. Bovendien kan oververhitting de efficiëntie van het hele airconditioningsysteem aantasten. Het systeem zal meer energie moeten verbruiken om de gewenste interieurtemperatuur te bereiken, wat resulteert in een hoger brandstofverbruik en mogelijk een verminderde levensduur van het systeem.

  • Kooktemperatuur: Deze is gelijk aan de condensatietemperatuur en hangt af van de druk. De kooktemperatuur is de temperatuur waarbij een dampvormige stof begint te condenseren en weer overgaat in vloeibare vorm. In het geval van een airconditioningsysteem wordt het koelmiddel, dat nu in dampvorm is, door het condensorgedeelte van het systeem geleid. Hier wordt warmte afgevoerd naar de omgeving, waardoor het koelmiddel afkoelt en condenseert tot vloeistof. Dit proces van condensatie zorgt ervoor dat de warmte die in de verdamper is opgenomen, nu wordt vrijgegeven aan de omgeving buiten het airconditioningsysteem.

  • Verzadigde damp: In een airconditioningsysteem is er sprake van verzadigde damp wanneer zowel de damp als vloeistof van hetzelfde koudemiddel aanwezig zijn. Met andere woorden, de verzadigde damp is de damp die net begint te condenseren bij een bepaalde temperatuur en druk.

  • Onderkoeling: Onderkoeling doet zich voor wanneer de vloeistof in het koelmiddel kouder is dan de kook (condensatie-) temperatuur. Dit kan verschillende problemen veroorzaken en de prestaties van het airconditioningsysteem nadelig beïnvloeden. Als de vloeistof te koud is, kan deze bevriezen wanneer deze door de verdamper stroomt. Dit kan leiden tot ijsvorming op de verdamper en een beperkte luchtstroom, wat resulteert in een verlies van koelcapaciteit en zelfs mogelijke schade aan de verdamper. Bovendien kan onderkoeling de algemene efficiëntie van het systeem verminderen. Het kan ervoor zorgen dat het systeem langer duurt om de gewenste temperatuur te bereiken, waardoor de passagiers minder snel comfortabel worden in het voertuig.