You dont have javascript enabled! Please enable it!

Cruise control

Onderwerpen:

  • Functie
  • Nadelen
  • Storingen

Functie:
Cruise control is een automatische snelheidsregelaar of “cruise controller”. Het is makkelijk bij een lange rit. De cruise-controller is een elektronisch systeem dat de o.a. brandstoftoevoer naar de motor regelt, zodat het gaspedaal tijdelijk wprdt vervangen.

De meeste systemen hebben ook nog de functies dat de snelheid elektronisch ingesteld kan worden, de laatst ingestelde snelheid onthouden kan worden, de maximale snelheid bepalen, de afstand van het voorliggend voertuig constant houden, enz. Een bepaalde snelheid kan vastgeklikt worden met de schakelaar van de cruise control, waardoor het gaspedaal losgelaten kan worden en de auto dezelfde snelheid behoudt. Zodra het koppelings- of het rempedaal aangeraakt wordt, wordt het systeem automatisch uitgeschakeld. Snelheidsovertredingen kunnen zo makkelijk voorkomen worden en het verbruik kan verminderd worden doordat de auto met een constante snelheid blijft rijden.

Nadelen:
Het systeem is vooral geschikt voor relatief vlakke wegen. Vooral dat is belangrijk, wanneer de motor onvoldoende pk’s heeft en er met belading een heuvel op gereden wordt en de bestuurder het toerental niet in de gaten heeft om naar een lagere versnelling over te schakelen, de motor te lage toeren gaat lopen, waardoor oververhitting als gevolg kan zijn en het brandstofgebruik aanzienlijk toeneemt. Bij het afdalen is het systeem wel in staat om minder gas te geven, maar ook hier zijn beperkingen. Wanneer het gas geven door het systeem op zijn minimum geschakeld is en de afdaling of de motor van die aard is dat het voertuig toch steeds sneller naar beneden rijdt, ontstaat er een nieuw probleem. Het ingrijpen van de bestuurder is nodig om de motor niet boven het maximum toerental te laten draaien en te beschadigen.

Storingen:
Het motormanagementsysteem controleert de waardes van de koppelings- en rempedaalsensoren en de signalen van de cruise control schakelaar. Op het moment dat het motormanagement een foutieve sensorwaarde herkent, zorgt deze dat de cruise control niet ingeschakeld kan worden. Op het moment dat de auto uitgelezen wordt, zal het motormanagementsysteem door middel van een storingscode aangeven welke sensor de storing veroorzaakt.